Siertuin De Holthof, Oldeholtpade
‘Het moet wat wuiven in de wind’

Natuur

‘Het moet wat wuiven in de wind’

Denk aan het gevoel van de eerste keer veterstrikken. In het begin denk je: wat moet ik met die touwtjes, dan probeer je ze aan elkaar te knopen. Een volgende keer krijg je je schoenen nooit meer uit. Maar dan komt er iemand langs die uitleg geeft, je behendig maakt, je het trucje leert. Zo was tuinieren voor Hiltje Dekker uit Oldeholtpade. Ze was in het bezit van een grote tuin, maar al wat ze deed, het slaagde nooit.

,,We woonden in een dorpje bij Leeuwarden”, zegt Dekker. ,,Op een perceel van vijftienhonderd vierkante meter grond. Daar moet je wat mee, vond ik.” Hier eens een paadje, daar eens een border met planten. ,,Nee, het werd me nooit naar het zin.” Misschien maar goed dat de stad het dorpje opslokte. Het werd te druk. ,,We wilden er niet meer wonen.” Ze vertrokken uit wat nu de wijk Zuiderburen heet naar Weststellingwerf, naar Oldeholtpade, waar ze prompt over nog meer grond beschikten. Vijfentwintighonderd vierkante meter. Het bestond uit een verwaarloosde woning op een stuk land met gras en onkruid, hier en daar wat fruitbomen en een varkensschuur. Nadat de varkensschuur omgevormd was tot woning, werd er begonnen met het opknappen van het hoofdgebouw.

Architect

En na twee jaar – het is inmiddels het jaar 2000 – vond Hiltje nog steeds: van de tuin moet wat moois gemaakt worden. En het liefst deed ze dat eigenhandig. ,,We schakelden een tuinarchitect in, die een prachtig plan ontwierp. We bedankten hem voor de moeite, want legde hij het aan, waren we honderdduizend euro verder.” Dekker werd lid van de tuinclub, won adviezen in en sloeg aan het tuinieren, met de tekeningen in de hand. Grote groepen planten. Dat geeft rust, was één van de belangrijkere adviezen, zegt ze. ,,En daarnaast scheelt het veel werk.” Wat doet het goed op deze grond, welke kleuren passen mooi bij elkaar? Langzaam krijgt Hiltje het trucje door.

‘Goed voor de beestjes’

Allium, hibiscus en ridderspoor, ze kent ze inmiddels allemaal bij naam. En ook het tuinieren maakte ze zich helemaal eigen. Zo eigen dat ze een waar paradijs creëerde, een siertuin zelfs, die ze jaarlijks openstelt voor bezoekers. ,,Ja, ik vind het best geslaagd”, vertelt ze. ,,Ik leerde veel en het is me helemaal naar de zin.” Wat Dekker creëerde is een zogenoemde cottage garden, een tuin waarin alle planten lekker dicht op elkaar staan, zodat je de bodem amper tot niet ziet. Overal groeit en bloeit het. ,,Alles houdt elkaar mooi overeind. Het moet wat wuiven in de wind.” Als het verder van elkaar staat, gaan stengels soms hangen, legt ze uit. Wat ze doet met al het snoeiafval? ,,Dat verhaksel ik tot snippers en dat strooi ik weer uit in de tuin. Het is niet alleen voedzaam, het bedekt ook de bodem en het is goed voor de beestjes.” Alle delen van de tuin – siertuin De Holthof – zijn aan elkaar verbonden met kronkelpaadjes. Afscheidingen zijn gemaakt met haagjes en om elke hoek is het weer een verrassing wat je aantreft.

B&B De Holthof 

,,Heerlijk voor onze gasten”, stelt de eigenares. De voormalige varkensschuur wordt op het ogenblik vaak verhuurd als B&B De Holthof. En de gasten krijgen, waar mogelijk, hun ontbijt in de tuin. ,,We ontvangen veel complimenten over de tuin en het uitzicht.” Wie eens een kijkje wil nemen in de tuin, kijkt op www.deholthof.nl en belt met de eigenares. Boeken kan vanaf vier personen. ,,Iedereen krijgt dan een rondleiding en koffie met wat lekkers.” En de donatie gaat weer rechtstreeks naar de tuin. ,,Ik koop er weer houtsnippers of potgrond van.” De tuin is nu eigenlijk wel helemaal klaar. ,,Af en toe verander ik nog wel eens wat, maar niet meer dan twee tot drie vierkante meter. En ook is de siertuin compleet anders dan wat de architect tweeëntwintig jaar geleden aandroeg.”

Fotocredits:

Henk Vondeling
Piet Bosma

Verder zoeken in onze database