Boomkikkers, een vervolgverhaal
boomkikker, kikker, Appelscha, ecologisch, Jaap Mekel, natuur

Natuur

‘Ik denk dat ik weet waar al die boomkikkers vandaan komen’

In Appelscha en Ravenswoud worden met regelmaat boomkikkers waargenomen. Er lijken steeds meer te komen, maar waar komen die groene boomklevers toch vandaan? Jaap Mekel uit Ravenswoud heeft er een theorie over die wel eens kon kloppen.

In 2019 was het Robert Wierenga uit Appelscha die vreemde geluiden in zijn tuin hoorde. ‘Opeens was het er, het gakkende geluid. We dachten eerst dat het om kippen of ganzen ging’, zegt Wierenga. Maar naarmate hij en zijn vrouw en kinderen er beter op ging letten, bleek dat niet te kloppen. ‘Zo’n beest zit niet weken achter elkaar in de groenwal tussen ons en buurman Siebe de Jong.’ Het tweetal sloeg aan het internetten en vond het geluid dat precies bij de lawaaimaker past: dat van een boomkikker. Maar die komt hier toch helemaal niet zoveel voor, hoe komt die in mijn tuin terecht?, vroeg hij zich vervolgens af. Jaap Mekel uit Ravenswoud denkt het te weten. Hij denkt dat hij degene was die het eerste exemplaar naar Ooststellingwerf haalde. Er leven inmiddels zo’n duizend in zijn tuin.

Een ronde door zijn tuin laat zien dat hij niet overdrijft. De één na de ander wijst Mekel aan. Een paar centimeter groot zijn ze vaak. ‘Pasgeborenen’, legt Mekel uit. ‘Moet je in september komen, dan stikt het er helemaal van.’ Ze zitten graag op de bramenstruik en daarbij geeft de kikker niets om de stekels. ‘Maar blaadjes vinden ze het fijnst. Groten worden ook met regelmaat waargenomen. Langs zijn zwemvijver worden van de kikkersoort binnen vijf minuten al zo’n twintig gespot. ‘Ik ben hier in 1996 komen wonen.’

Een grote waterpartij legde hij aan voor zijn woning in 2004 en de grond liet hij verschralen. Hij richtte zijn erf zo in dat bijzondere plantjes er de kans kregen, voor amfibieën is het een paradijs. ‘Mijn vrouw en ik maakten een plan voor een hogere natuurwaarde.’ Zij maaiden ecologisch in andere gebieden en entten hun eigen erf met het maaisel. ‘Precies zeggen durf ik het niet, maar het was in juli in die periode dat wij ergens in Drenthe een maaisel meenamen naar ons erf. Sindsdien worden wij steeds vaker verrast door de groene vrienden. Misschien dat we twee meenamen uit Drenthe, misschien wel een stuk of tien. Dat weet ik niet.’ Wat wel zeker is dat ze zich de afgelopen jaren flink vermenigvuldigd hebben. ‘Ik denk dat ik er nu zo’n duizend op mijn erf heb zitten.’ Mekel houdt ook wel eens excursies door zijn tuin voor liefhebbers en geeft dan boomkikkergarantie. ‘Het is een genot om hier te mogen wonen.’ Hoe de kikkers in Drenthe terechtkwamen, is onduidelijk.

De groene springers hebben het duidelijk naar hun zin bij Mekel, maar verkennen ook graag de buurt. ‘De boomkikker kan zo’n kilometer per jaar afleggen. Verder gaat hij niet.’ Hemelsbreed woont Wierenga ongeveer drie kilometer bij Mekel vandaan, dus het heeft een paar jaar geduurd tot ze daar kwamen. Wierenga heeft een groene en natte tuin, ideaal voor het tropische soort. Na een zoektocht heeft Robert het kikkertje in zijn tuin in levende lijve gezien. ‘Hij kwaakte in een regenpijp en was wederom niet goed zichtbaar. Toen we de pijp vol water zetten, kroop hij eruit.’ Een prachtig exemplaar, noemt hij het. Op de vraag waarom de boomkikker graag in de pijp zit, weet Mekel weer een antwoord: ‘Hij mag zichzelf graag horen, in de regenpijp denk hij dat hij een harder geluid maakt.’

Gezien heeft Wierenga er nu één, maar hij hoort er inmiddels wel zes.

Lees ook het verhaal over Jaap Mekel, het verhaal over de Ecokathedraal en het verhaal over de faunatoren in Donkerbroek.

Fotocredits:

Henk Vondeling

Verder zoeken in onze database