Stellingenpad, etappe 15: Vledderveen – De Hoeve (10,4km.)
Door het groen van de ‘desperadodorpen’

Actief

Door het groen van de ‘desperadodorpen’ 

Het Stellingenpad is verkozen tot ‘wandelroute van het jaar 2023’ in de Benelux. Wij liepen alle routes. In dit verslag beschrijven we etappe 15: een route van 10,4 kilometer, van Vledderveen naar De Hoeve.

Deze route start bij knooppunt 45, naast Middenweg 4 in Vledder. Waarom daar weet ik niet. Er is niet echt een parkeerplaats in de buurt. Ook het gras in de berm staat erg hoog, dus parkeer ik de auto op het terrein van de boer op het adres. Op privéterrein, dat wel. Een officieel parkeerbord staat er niet. Wel is er een hek dat dicht kan, maar het ziet er zo uitnodigend uit dat ik het wel aandurf. Bij het oprijden van het terrein bedenk ik alvast smoesjes, waarvan ik hoop ze niet nodig te zijn. Een tweede auto is overigens aan het eindpunt geparkeerd om weer terug te komen. Handrem erop, deur op slot, de eerste stappen van de laatste etappe worden gezet. Op naar knooppunt 42. Teruggeroepen word ik niet door de boer. Dat scheelt. De route slaat snel linksaf de hoek om, waar het meteen erg groen wordt.

Via het Vledderveldpad het Vledderveld in. Een oude bekende. In dit grote bosgebied, ruim 120 van de in totaal 6000 hectare van het Drents-Friese Wold, eindigde ik etappe één. Een klein kronkelpad volgt. Daarna wordt rechtsaf geslagen en loop ik parallel aan het Vledderveldpad. De auto zie ik nog staan, er staat nog niemand bij. Met Noordwolde-Zuid aan mijn linker hand loop ik het Pastoriebos in. Een behoorlijk bos met brede paden. Deze route laat weinig bebouwing, maar wel veel groen zien. Het Westerseveldpad verbindt het Pastoriebos met de Spokedam, waar ook de Spokeplas ligt. De Spokeplas bij Noordwolde behoort tot de schoonste en betrouwbaarste zwemwaters in deze regio. Op een zonnige dag is het goed vertoeven bij het bosmeertje. Vooral voor kinderen is het een ideale plaats om te ravotten. Rond het water zijn leuke speelmogelijkheden en een kiosk. De Spokeplas is als zandwinplaats ontstaan. Het natuurgebied van de Spokedam is ongeveer honderd hectare groot. Door de afwisseling van boomsoorten en leeftijd van de bomen lijkt de Spokedam eigenlijk veel groter en ouder dan het gebied in werkelijkheid is. Lopen doe ik door het Westersche Veld. Een plek vol varens. Velden vol. Erg mooi om tussendoor te lopen. Groeien doen de planten ook op lichte verhogingen, waardoor groene wallen ontstaan.

Noordwolde 

Door Noordwolde komt deze route niet, maar het ligt wel dichtbij. Je loopt er zo naartoe. Wie Noordwolde zegt, zegt vlechten. Het dorp staat bekend om haar rijke wilgenteen- en rotanverleden. Van deze materialen werden uiteenlopende goederen gemaakt, zoals krukjes, banken, tafeltjes, manden en stoelen. Het resulteerde in een rietvlechtschool in het dorp en, op het hoogtepunt, 65 ondernemingen die zich bezighielden met vlechten en een museum kwam er ook: het Nationaal Vlechtmuseum staat midden in het dorp.

Het vlechtmuseum is gevestigd in de oude rietvlechtschool uit 1912. Hele generaties werden ermee grootgebracht. Maar waarom nou uitgerekend in Noordwolde de vlechtindustrie zo groot werd? Daarvoor gaan we terug naar de zeventiende en achttiende eeuw. Naar de tijd dat er veel turf werd afgegraven in de omgeving. Het was een armoedig gebied in die tijd. Een nat gebied met daarop hutten waarin gezinnen woonden. Maar ook een nat gebied, waar het stikte van de wilgentwijgen. De lokale bevolking pikte het vlechten op van langstrekkende Duitse seizoenarbeiders. Thuis om de kachel sloegen hele gezinnen aan het vlechten. Een kans, want iedereen maakte zijn eigen goederen en kon die goed verkopen.

In het jaar 1910 werden er in het dorp 280.000 stoelen gemaakt. Meer dan de helft daarvan werd via het water naar het nabij gelegen Peperga vervoerd en vanuit daar werd het met de trein verspreid over heel Nederland. Een tramlijn werd niet veel later aangelegd door Noordwolde. Het is niet voor niets dat kort daarna Transportbedrijf Jan Krediet begon in Noordwolde.

Eind jaren negentig was het gedaan met de vlechtindustrie. Het imago van de meubels ging hard achteruit en onderuit zelfs. De studentenhuizen, daar belandden de rotanmeubels voornamelijk. De ondernemingen doekten op. Veel is er tegenwoordig niet meer te zien van het rijke vlechtverleden. Op het vlechtmuseum na. Daar wordt de geschiedenis levendig gehouden. We lopen door. En ik relaiseer me dat het einde van deze langeafstandswandeling nadert. De route loopt tussen Noordwolde en Vinkega door, via kavelpaden voornamelijk. En uitkijkend over de weiland ernaast, denk ik terug aan de voorgaande etappes van het Stellingenpad. Het zeer afwisselende Stellingenpad, is de conclusie. Bijna elke route is totaal anders. Loop je de ene keer in het Drents-Friese Wold, de andere keer loop je door het Fochteloërveen of het Holtingerveld, langs het vele water in Weerribben-Wieden Nationaal Park, over de oude Zuiderzeedijk, door een robiniabos of door de Koloniën van Weldadigheid. Met het boekje ‘Stellingenpad, in de voetsporen van de Griffioen’ in de hand of gpx op de telefoon is verdwalen bijna onmogelijk.

Lopen doe ik inmiddels over het Molenbuursterlaantje, een geasfalteerd pad in De Hoeve. Het is het laatste pad, de laatste meters van het Stellingenpad. Het voelt als de Via Gladiola tijdens de Nijmeegse Vierdaagse, alleen staan hier weinig mensen om mij aan te moedigen. Gladiolen zie ik evenmin. In plaats daarvan loop ik tussen fluitekruid, boterbloemen en gras. Maar het voelt evengoed als een overwinning zo’n eerste voltooide langeafstandswandeling. Hartstikke leuk bedacht van medewandelaar Hennie waren de medailles van chocola. En ook de boer juichte voor ons bij terugkomst op zijn erf. Nee, grapje. Van hem vernomen we niets, maar het was erg sympathiek om het hek open te laten voor ons.

Lees ook over etappe 14 of het algemene verhaal over het Stellingenpad.  Ontdek ook onze wandelpagina.

Fotocredits:

Henk Vondeling

Verder zoeken in onze database